Kom terug

De Partij van de Arbeid heeft toekomst wanneer zij zich beter laat leiden door de wetten van de politiek: mensen willen zich gezien en gehoord voelen en ze willen verwantschap voelen. Harry Leunessen pleit daarom voor een ander type vertegenwoordigers: mensen met vaste grond onder de voeten in de wereld van de verloren kiezers.


'Kom terug' is de koptitel van een artikel van het Centrum voor Lokaal Bestuur dat gaat over de eerste regionale bijeenkomst rond het CLB-project Afgehaakt Nederland; een bijeenkomst die werd gehouden in IJmond. De boodschap van dat artikel aan politici in één zin: Kom uit je bubbel, voer gesprekken met mensen die een andere kijk hebben op de wereld, zorg ervoor dat je die gesprekken op basis van gelijkwaardigheid voert en kom vooral terug. 

Verkeerd denken

Ik heb de afgelopen 25 jaar exact deze boodschap binnen de PvdA verkondigd, terwijl ik mij de vijftien daaraan voorafgaande jaren zelf Oost-Indisch doof heb gehouden voor mijn twee politieke leermeesters, die mij precies deze boodschap hebben voorgehouden. En waarom? Omdat ik gedurende de eerste vijftien jaar van mijn lidmaatschap sterk werd beïnvloed door intellectuele bestuurders, die ik toen op handen heb gedragen. Zonder de hulp van mijn politieke leermeesters en van een paar ervaren lokale politici, zou ik mijzelf niet hebben kunnen ontworstelen aan hun manier van denken. Een denkwijze (verkeerd denken) en daaraan gekoppeld een houding, die hebben geleid tot een cultuur die haaks staat op de wetten van de politiek: mensen willen zich gezien en gehoord voelen en ze willen verwantschap voelen met de mensen die zeggen hen te willen vertegenwoordigen. Een cultuur die veel meer nog dan de fouten die we met inhoudelijke besluiten hebben gemaakt, verantwoordelijk is voor de huidige staat van de partij en die tot op de dag van vandaag dominant is in de PvdA. Niet in een nieuw manifest of een nieuw programma, maar in het doorbreken van die breed gedragen cultuur ligt de redding van de PvdA.

Ter verduidelijking het volgende. Ik stond samen met Jan Bonten (raadslid en wethouder voor de PvdA in Landgraaf en één van mijn twee leermeesters) bij de voordeur van mijn appartement. Hij wees naar mijn brievenbus en zei: "Hier woont een raadslid maar zeker geen politicus.' Ik zei dat ik hem niet begreep, waarop hij zei "Een politicus plakt geen NEE-NEE sticker op z'n brievenbus". Een lang verhaal kort: met een NEE-NEE sticker wordt niet alleen de ongeadresseerde reclame geweerd maar ook het plaatselijke weekblad. Ik was nog onbewust onbekwaam - zoals de PvdA dat als collectief de laatste 25 jaar ook is geweest -  en vroeg waarom ik dat zou moeten lezen? Waarop Jan antwoordde, dat een échte politicus snapt dat hij dat weekblad moet lezen om te weten wat er in zijn omgeving speelt. Je moet toch willen weten welke duivenmelker de vlucht vanaf Barcelona heeft gewonnen! Waarom zou ik dat moeten weten, vroeg ik hem? Omdat hij anders jouw felicitatie misloopt, antwoordde Jan. Als jullie denken dat ik toen mijn voordeel ging doen met de leerzame lessen van Jan, dan hebben jullie het mis. Ik zag het lokale weekblad nog steeds als het lokale 'sufferdje' en de Volkskrant als de bron van het echte nieuws. Het gleufje waar het kwartje van Jan doorheen had moeten vallen hield ik nog een aantal jaren angstvallig dicht. De PvdA als collectief doet precies dat tot op de dag van vandaag overigens nog steeds. 

Pas na een paar opeenvolgende verkiezingsnederlagen van de PvdA in Landgraaf gaf ik toe. De NEE-NEE-sticker ging van de brievenbus en ik was voortaan permanent present in Landgraaf, met gemiddeld zes tot zeven evenementen per week waarbij ik aanwezig was. Ik besefte: comfortabele idealen bestaan niet. Vanaf het moment dat ik het 'verkeerd denken' achter mij liet en daar ook naar ging handelen, veranderden de verkiezingsresultaten. Ik werd bij de gemeenteraadsverkiezingen het grootste stemmenkanon van Landgraaf en onder de lokale lijsttrekkers van de PvdA zelfs van Limburg, en hield daarmee de PvdA bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2010 en 2014 overeind. Bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2018 was Landgraaf nog de enige gemeente in Limburg waar de PvdA met het lijstnummer 1 aan de verkiezingen deelnam. Landgraaf was geen PvdA-gemeente en het historisch gemiddelde van de PvdA bij de gemeenteraadsverkiezingen in Landgraaf lag rond de 12%. Maar in 2014 behaalde de PvdA in Landgraaf 16,8%. Dat was ruim 30% boven het historisch gemiddelde. In heel het land was de PvdA in geen enkele andere gemeente zo goed overeind gebleven. 

Genoeg borstklopperij. Terug naar de dodelijke cultuur binnen de PvdA. Ik neem jullie mee naar een recente editie van de Troebadoer, het lokale weekblad in Vaals en omstreken. Na mijn 'bekering' lees ik de lokale weekbladen ook in mijn huidige rol als burgemeester, nog steeds met de ogen van een volksvertegenwoordiger. En door die ogen zie ik dat de lokale partij 'Leefbaar' de inwoners van Simpelveld oproept om een handje te komen helpen bij het opruimen van zwerfvuil. Leefbaar doet dat meerder keren per jaar. Na afloop drinken de mensen van Leefbaar een kop koffie met de helpende handjes en zijn zo in gesprek met de inwoners van hun gemeente. De waardering van de inwoners is groot. Op dezelfde pagina de oproep van de plaatselijke harmonie ‘Kom kijken’; weer een kans voor de lokale politici om het contact met hun inwoners te zoeken. Een paar bladzijden verder lees ik over het 25-jarig jubileum van het Popkoor Just4Fun. De datum van hun jubileumconcert 13 oktober heb ik alvast in mijn agenda genoteerd. En weer een bladzijde verder wordt aandacht besteed aan de jubilarissen van de plaatselijke voetbalvereniging. Toen ik nog zonder ervaring was dacht ik dat ik het lokale weekblad kon overslaan. Maar nu besef ik dat de ‘politici’ die dat doen en niet in de gaten hebben dat hun absentie in de samenleving door de kiezers wordt afgestraft, de verliezers zijn. De politicus snapt dat zijn belangstelling vóór en aanwezigheid bij deze gelegenheden, de zuurstofleiding is die hem met de samenleving en zijn kiezers verbindt. De apolitieke bestuurder snapt niet dat hij met zijn afwezigheid het imago van zijn partij beetje bij beetje afbreekt en daarmee zetels verbrandt.

Partij van de Afwezigheid

Op vrijdag 4 december 2015 werd het Jaar van de Mijnen 2015 (een themajaar over het mijnverleden in Zuid-Limburg) in de Rodahal afgesloten met een Barbara (patroonheilige van de mijnwerkers) concert. Het spektakelstuk werd verzorgd door Limburgse muzikanten en het Metropole Orkest en werd door de regionale omroep rechtstreeks uitgezonden. Op de voorste rijen zaten naast de oud-mijnwerkers ook een aantal bestuurders en prominenten van de PvdA. 

Niet ver van de Rodahal, aan de voet van de Wilhelminaberg in Terwinselen, ligt de Gedachteniskapel van de mijnwerkers. Op de gedenkplaten binnen in de kapel en op de gedenkmuren buiten worden de namen vermeld van de 1.450 mijnwerkers die in de Limburgse mijnen hun leven verloren. De kapel is een verzamelplaats voor oud-mijnwerkers. Op de eerste zaterdag van december vindt hier een bijzondere herdenking plaats voor de omgekomen mijnwerkers. Zo ook op de morgen na het concert in de Rodahal. Wiel Friedrichs (oud-voorzitter van FNV-Limburg) legde bij die gelegenheid een krans. Buiten Wiel Friedrichs en mijzelf waren er geen andere partijgenoten aanwezig. Ik volgde de toespraken en kransleggingen aandachtig, totdat ik iemand in mijn rug hoorde gniffelen: "Daar staat nog iemand van de Partij van de Afwezigheid". En ik wist dat die woorden voor mijn oren bestemd waren.

Op de eerstvolgende ledenvergadering van de PvdA in Landgraaf en bij de gewestelijke vergadering van de PvdA in Limburg deed ik mijn beklag over de absentie van de PvdA. Beide keren werd erkend dat het pijnlijk was dat de PvdA bij deze herdenking nauwelijks vertegenwoordigd was. En beide keren werd ook plechtig beterschap beloofd. Maar het daaropvolgende jaar stonden Wiel en ik er toch weer alleen. 

Voortschrijdend inzicht

Ik verzet mij nu alweer 25 jaar tegen deze dodelijke cultuur binnen de PvdA. Tegen beter weten in. Want het was mijn tweede leermeester, wijlen Sjir Beckers (een ervaren lokale politicus met een neus voor de politiek) die mij tot het inzicht heeft gebracht dat ik appels van een kersenboom probeer te plukken. "Harry, dat gaat jou nooit lukken, want je kunt niet van mensen verwachten dat ze buiten hun eigen beperkingen gaan treden, ze zijn gewoon niet voor de politiek gemaakt", aldus Sjir. Volgens hem selecteert de PvdA overwegend vertegenwoordigers van bestuur en beleid in plaats van volksvertegenwoordigers. Ik verzette mij lang tegen zijn inzichten, maar terugkijkend moet ik erkennen dat Sjir al 30 jaar geleden met een militaire precisie de neergang van de PvdA kon voorspellen. 

Selecteren op succes

Het is mijn overtuiging dat de PvdA wel degelijk een toekomst heeft. Maar ook alleen dan, als we met mensen die uit een andere houtsoort zijn gesneden, de huidige cultuur doorbreken. De sleutel voor deze verandering is gelegen in een wijziging van ons personeelsbeleid, met de Parti Socialiste in Wallonië als wenkend voorbeeld.

Over dat personeelsbeleid sprak ik bij een werkbezoek van de PvdA in Luik met een burgemeester van de PS. Zij vertelde mij dat de PS haar kandidaten selecteert op bewezen succes bij de verkiezingen. In feite krijgen onze kiezers een belangrijke stem in het selectieproces. Kandidaten die bij de gemeenteraadsverkiezingen niet kunnen overtuigen, stromen daarom bij de PS ook niet door naar het regionale of federale bestuur. Als vanzelf investeren de meeste PS-vertegenwoordigers daarom ook genoeg tijd in het contact met de kiezers in hun woonplaats of regio. We zijn als PS streng als het gaat om de presentie van onze vertegenwoordigers in de samenleving. Ook onze ministers hebben daarom de plicht om elke week spreekuur te houden in een van de steden of dorpen binnen hun regio. Wij selecteren winnaars, bij de PvdA staat de deur open voor de verliezers, aldus deze burgemeester.

Ik vertelde de PS-burgemeester dat je het bij de PvdA ook zonder draagvlak bij de kiezers ver kunt schoppen. Zij keek alsof ze water zag branden en wierp mij het volgende tegen: de kiezers van de PS kennen en vertrouwen hun politici. Alleen daarom blijft de PS een volkspartij. Dat alles dankzij een selectieproces dat is gericht op het selecteren van gedreven volksvertegenwoordigers die met hun vinger in de pap van de samenleving staan. En dankzij een partij die van haar politici eist dat ze zich bij elke verkiezing weer opnieuw bewijzen. En ook bij Standard Luik spelen geen voetballers die zich niet omhoog hebben gevoetbald. En niet alleen in de sport maar in alle sectoren van de samenleving, wordt op succes geselecteerd. Waarom dan niet in de politiek? Met draagvlakloze kandidaten gaat elke politieke partij ten onder, de PS en ook de PvdA, aldus Madame le Bourgmestre. 

Tot slot

Met dit verhaal wil ik jullie deelgenoot maken van mijn overtuiging dat een oproep zoals die nu in het kader van het CLB-project 'Afgehaakt Nederland' wordt gedaan, uiteindelijk niet zal werken, omdat we de mensen die over het incasserings- en uithoudingsvermogen beschikken dat nodig is om de inspanningen die hier worden gevraagd te leveren, node missen binnen de PvdA. We zijn ze, een aantal mooie uitzonderingen daargelaten, kwijtgeraakt. Omdat we ze met onze foute cultuur ook zelf van ons hebben vervreemd. Ze bestaan overigens nog steeds en kunnen met een ander personeelsbeleid ook weer voor de PvdA worden gewonnen. 

Om gewonnen zetels om te kunnen zetten in bestuurlijke invloed, moet een politieke partij naast mensen die de stemmen trekken tegelijkertijd ook kunnen terugvallen op mensen die beschikken over de benodigde inhoudelijke kwaliteiten. De les die daarbij van de PS moet worden geleerd is dat de stemmentrekkers die óók kunnen besturen, voorrang moeten krijgen boven de bestuurders zonder draagvlak onder de bevolking. Immers, een partij die niet overleeft bestuurt niet langer.   

Gelet op het voorgaande ben ik ervan overtuigd dat een poging om de PvdA van een fusie met GroenLinks te redden, alleen zinvol is, als op een geslaagde poging ook een traject volgt dat van de PvdA weer een succesvolle partij maakt. En daar horen ook andere mensen bij, mensen die vaste grond onder de voeten hebben in de wereld van de verloren kiezers. Alleen met méér gevechtskracht als gevolg van een andere samenstelling van ons 'leger', kunnen we de oorlog winnen. Een ander personeelsbeleid en het besef dat daarvoor tijd nodig is kunnen de PvdA nog redden. Niet in een fusie met GroenLinks, die andere partij voor hoogopgeleiden, maar in deze koerswijziging zouden we onze tijd moeten steken.

(Foto © Wim Smeets )

Vorige
Vorige

Sociaal-Democratie: Juist Nu!

Volgende
Volgende

De PvdA terug naar gewoon