Opheffing PvdA in 2025?

7 jaar geleden stelden Bram Peper c.s. de vraag of de PvdA 2025 zou halen. In een gesprek tussen het Partijbestuur en Rood Vooruit bleek dat er serieus wordt gedacht aan een besluit tot fusie met GroenLinks in 2025. De inschatting van de gevolgen voor leden en kiezers blijkt zeer verschillend.


Het was een stevig gesprek, op 30 november in Utrecht, met een delegatie van het partijbestuur waaronder voorzitter Esther-Mirjam Sent en vice-voorzitter Jopie Nooren. De Rood Vooruit deelnemers, geleid door Reshma Roopram en Gerdi Verbeet, legden een heldere boodschap op tafel: dat de partijdiscussie over de “linkse samenwerking” maar één uitkomst lijkt te kennen: fusie met GroenLinks. En dat de electorale gevolgen daarvan (minder steun voor breed links en verlies van eigenaarschap van sociale thema’s) worden genegeerd of onderschat. Want 1+1 ≠ 3 blijkt uit verkiezingsuitslagen en onderzoeken.

Om de conclusies van het gesprek duidelijk te krijgen en met de leden van de partij te kunnen delen is op 4 december een brief aan het partijbestuur gezonden.

Lees de brief

Beste leden van het Partijbestuur, partijgenoten, 

Op zaterdag 30 november jl. hadden wij een gesprek met het Partijbestuur over de toekomst van de linkse samenwerking. Wij kijken terug op een open gesprek dat op momenten niet vrij van emoties was. Maar het was in onze beleving een goed gesprek. Wij laten daarom de kans niet onbenut om onze waardering uit te spreken voor het feit dat het Partijbestuur op een ‘vrije’ zaterdagmiddag met een grote delegatie aan tafel zat. 

In ons gesprek hebben we in gezamenlijkheid geconcludeerd dat in de context van het traject ‘Samen Vooruit’ twee doelstellingen moeten worden gerealiseerd: 

  1. In de verkenning van de mogelijke vormen van samenwerking tussen PvdA en GroenLinks, is het van belang dat de mogelijke consequentie van verdere versplintering van het politieke landschap wordt voorkomen, en 

  2. Bij de besluitvorming over de verschillende vormen van samenwerking moet de keuze uiteindelijk vallen op de vorm die een einde maakt aan de onmacht van links en maximaal bijdraagt aan de groei van breed links als basis voor het zo krachtig mogelijk kunnen dragen van regeringsverantwoordelijkheid. 

Het succes van het traject ‘Samen Vooruit’ is in onze ogen afhankelijk van de mate waarin we erin slagen om deze twee doelstellingen te realiseren.  

We realiseren ons dat in het traject ‘Samen Vooruit’ deelnemers zorgen hebben en pijn voelen, meningen uiteenlopen en niet aan de wensen van iedereen volledig tegemoet kan worden gekomen. Maar met het risico van een uitkomst waarbij het aantal partijen op links groeit van twee naar drie zijn we verder van huis. We hebben aangegeven dat de kans dat dit werkelijkheid wordt niet mag worden onderschat. We vragen in dit verband bijzondere aandacht voor de afdelingen die onder de vlag van de PvdA de gemeenteraadsverkiezingen in maart 2026 gaan deelnemen. 

Dat de keuze uiteindelijk moet vallen op de samenwerkingsvariant die maximaal bijdraagt aan de groei van links werd in ons gesprek door alle deelnemers onderschreven. Want het doet pijn als bijvoorbeeld de Afghaanse bewakers of het onderwijs in de Tweede Kamer weinig kopen voor de steun van linkse partijen, omdat het aantal Kamerzetels van links tekortschiet. Het is daarom goed dat het Partijbestuur in het gesprek heeft bevestigd dat een gedegen electoraal onderzoek en een zorgvuldige analyse van de verschillende samenwerkingsvarianten op de gevolgen voor linkse machtsvorming een belangrijke plek zullen krijgen in het traject ‘Samen Vooruit’. De opmerking van Esther-Mirjam dat onder deze verkenningen door middel van gedegen kiezersonderzoek een verantwoorde basis gelegd kan worden, zal helpen om het vertrouwen in een meer onbevooroordeeld proces te vergroten.

Wij zien graag een bevestiging van deze conclusies en toezeggingen tegemoet, zodat deze consistent onderdeel kunnen zijn van de gesprekken met de leden in de komende maanden. 

Hieraan willen we graag nog de volgende vragen toevoegen.

In het gesprek hebben wij gewezen op de onverenigbaarheid van de door de Politieke Ledenraad aangenomen moties van respectievelijk Reshma Roopram over de weg naar een brede progressieve beweging (aangenomen met 60% verschil) en van Frank van de Wolde over versneld opgaan van PvdA en GroenLinks in één partij (aangenomen met 45% verschil).  

Wij vragen, ten eerste, het Partijbestuur met klem om nog dit jaar de uitvoering van de motie Roopram in overleg met gewestelijke voorzitters in gang te zetten en de partij hierover te informeren. 

In het verlengde hiervan vragen wij, ten tweede, het Partijbestuur het schema van besluitvorming in het kader van “Samen Vooruit”, leidend tot afronding in de tweede helft van 2026, te herbevestigen met het oog op de gewenste brede deelname aan zorgvuldige voorbereiding en om te voorkomen dat afdelingen die onder de rode vlag van de PvdA zullen deelnemen aan de raadsverkiezingen tussen wal en schip komen te vallen. 

Een derde vraag is hoe vervolg zal worden gegeven aan de toezegging om Rood Vooruit “aan te haken” in het proces van “Samen Vooruit”. 

Daarnaast hebben wij aangedrongen op expliciete aandacht voor de sociale veiligheid van leden als een noodzakelijke basis om het inhoudelijke gesprek goed te kunnen voeren. Die basis wordt door vele leden met een andere insteek of mening niet gevoeld en het partijbestuur zou het als zijn opdracht moeten zien om alle leden ongeacht hun standpunt de ruimte te geven voor deelname aan een eerlijk en open gesprek.

Tenslotte hebben wij aan de orde gesteld dat bij de ter discussie staande opties van fusie, nieuwe partij of “blijvende alliantie” de laatste onderbelicht dreigt te blijven. In dat verband hebben wij voorgesteld een commissie bijeen te roepen met de opdracht te adviseren over mogelijke vormen van intensieve samenwerking (federatief, coöperatief of anderszins – en open voor toetreding door andere linkse partijen) waarbij PvdA en GroenLinks met eigen identiteit en organisatie zouden blijven bestaan. Het Partijbestuur heeft daarop met interesse gereageerd. Graag vernemen we hoe het Partijbestuur hieraan gevolg wil geven.

Samenvattend, wij waarderen het gevoerde gesprek en hopen op een vervolg, in het bijzonder met betrokkenheid van vele verontruste leden die zich al heel lang loyaal aan de sociaaldemocratie en de Partij van de Arbeid hebben ingezet.

Wij zien de bevestiging van de besproken doelstellingen en de beantwoording van onze vragen graag tegemoet.

Met vriendelijke groet,

Gerdi Verbeet

Reshma Roopram

Hans Spigt

Harry Leunessen 

Ad Melkert

Vorige
Vorige

Met moraalpolitiek kan links weer een brede volksbeweging worden

Volgende
Volgende

Nieuw: Jongroodvooruit!