Met kosmopolitisch links stop je geen autoritair rechts
Het politieke midden moet snel een antwoord vinden op extreem-rechts, schrijft filosoof en auteur Ralf Bodelier in de NRC. En dat antwoord ligt niet in de luidruchtige viering van onze vrijheid en diversiteit en in groene doempreken.
Met andere PvdA-prominenten pleitte Ad Melkert onlangs tegen het samengaan van zijn partij met GroenLinks. Tegenover de opmars van extreem-rechts, aldus Melkert in de Volkskrant, ligt het antwoord niet in verder naar links. Het ligt in de versterking van het politieke midden. Melkert heeft gelijk. Alleen een krachtig midden kan het alternatief zijn voor extreem-rechts, waarbij ik ‘extreem’ zou willen vervangen door ‘autoritair’. Dat midden kan overigens pas krachtig worden wanneer het een antwoord vindt op een fenomeen dat we niet scherp genoeg voor ogen hebben: partijen als de PVV groeien omdat de behoefte aan autoritair leiderschap groeit; aan politici die eensgezindheid beloven, een overzichtelijke toekomst en een doortastende overheid.
Dat autoritair-rechts zo in opmars is, blijft velen verbazen. Hoe is het mogelijk dat Donald Trump opnieuw de Amerikaanse verkiezingen won? Dat Geert Wilders blijft stijgen in de peilingen, terwijl hij de afgelopen maanden zoveel verkiezingsbeloftes moest inleveren?
Eén verklaring wordt te weinig gehoord en dat is het feit dat Trump en Wilders mensen aanspreken die ook wel worden omschreven als ‘autoritaire persoonlijkheden’. Het zijn mensen die niet zozeer stemmen op grond van idealen of waarden, maar vanuit een diepgevoelde afkeer van complexiteit, pluriformiteit, debat en, daarmee, van de moderne democratie.
Autoritaire persoonlijkheden verlangen naar eenstemmigheid, overzicht en duidelijkheid. Hun vermogen tot incasseren wordt niet alleen op de proef gesteld door de komst van een breed spectrum aan migranten. Ze raken al even geïrriteerd door een alsmaar uitdijende variëteit aan lhbtqia+ en door het, naar hun idee, gepalaver in Den Haag of Brussel.
Volgens de historica Anne Applebaum, die recent de prestigieuze Vredesprijs van de Duitse boekhandel kreeg, slaan autoritaire persoonlijkheden „op tilt bij een plotselinge confrontatie met veelvormigheid, zowel in meningen als in ervaringen”. Volgens Applebaum zoeken autoritaire persoonlijkheden steun bij politici die hun met eenduidige boodschappen weer overzicht en zekerheid bieden.
Autoritaire persoonlijkheden zijn geen slechtere of betere mensen. Wel hechten ze meer aan familieleven, gemeenschappelijkheid en orde en gezag. Ze denken rechtlijniger en willen een krachtige overheid die duidelijke grenzen stelt. In onze complexe, multiculturele samenleving voelen zij zich, simpelweg, overweldigd. Autoritaire persoonlijkheden stemmen op politici die hun weer overzicht verschaffen en hun aanhangers het gevoel geven dat ze de orde herstellen. Wat deze politici zeggen, of zij nu links zijn of rechts, doet er minder toe. Mits zij de kakofonie maar terugdringen. Dat een partij als de PVV geen leden kent, is voor de autoritaire persoonlijkheid eerder een voordeel dan een nadeel. Zonder leden is Wilders een stuk slagvaardiger.
Volgens psychologen als Jonathan Haidt en Karen Stenner bezit ongeveer een derde van alle mensen zo’n autoritaire persoonlijkheid. In overzichtelijke tijden komt hun behoefte aan autoriteit amper aan de oppervlakte. Dat verandert wanneer de verschillen toenemen. Tijdens een televisieverslag van Pride, slenterend door een even veelkleurige als veeltalige winkelstraat of na de zoveelste discussie over het terugdringen van vliegen, gehaktballen en snijbloemen, vrezen autoritaire persoonlijkheden dat ze hun grip op het bestaan verliezen.
Ze vrezen dat hun gemeenschap uit elkaar valt, dat ze hun buren of kinderen niet meer begrijpen en dat ze hun vertrouwde leven verliezen. „Onze liberale democratie heeft de tolerantiegrens van veel mensen overschreden”, schrijft de overigens liberaal-democratische politicoloog Karen Stenner. Autoritaire persoonlijkheden halen we dan ook niet terug met progressieve ideeën, linkse argumenten, kosmopolitische vergezichten of morele preken. In onzekere tijden werken deze eerder averechts. Elke letter die aan de reeks lhbtqia+ wordt toegevoegd, elke nieuwe oproep tot het afzien van vlees eten, elke viering van de multiculturele diversiteit, jaagt weer nieuwe kiezers in de armen van Trump en Wilders.
Deze boodschap valt voor links-liberale, progressieve kosmopolieten – waar ook ik mij toe reken – moeilijk te verteren. En toch zullen we haar serieus moeten nemen. De dreiging die van autoritair-rechts uitgaat, is simpelweg te groot. Trump zal de belofte om na zijn overwinning ambtenaren ideologisch te zuiveren en zijn politieke tegenstanders te laten vervolgen, zeker in willen lossen. Wilders zal er alles aan doen om Nederland net zo democratisch te laten zijn als zijn PVV. Omdat juist wij, progressieve kosmopolieten, zoveel mensen op stang jagen, zijn alleen middenpartijen in staat om kiezers weer terug te winnen.
Daarbij moeten middenpartijen vermijden verder naar rechts te buigen, zoals de VVD onder Yesilgöz nu doet. Willen zij Wilders en Trump terugduwen, dan zullen ze hun politieke standpunten moeten formuleren in nieuwe woorden, beelden en verhalen. In een taal die antwoordt op het groeiende verlangen naar autoriteit. Middenpartijen zouden zich dan ook meer moeten bezighouden met retoriek: met de oude kunst van het overtuigen, beïnvloeden en mobiliseren van kiezers. Een anti-autoritaire retoriek begint met het vermijden van een luidruchtige en opzichtige viering van onze vrijheid en diversiteit, want juist deze drijft steeds meer mensen in de richting van populisten.
Het is verstandig om voor alles onze gemeenschappelijkheid te benadrukken
Stel dat het Melkert en zijn kompanen lukt om de PvdA los te weken van GroenLinks, wat kan dan het sociaaldemocratische antwoord op de autoritaire verleiding zijn? Het is verstandig om voor alles onze gemeenschappelijkheid te benadrukken. Door klip en klaar te stellen dat we allemaal inwoners van Nederland zijn; dat we allemaal dezelfde menselijke behoeften hebben en dat een sociaaldemocratische overheid iedereen even eerlijk zal behandelen. En dat dit alles, vanzelfsprekend, ook geldt voor migranten en seksuele minderheden.
Al even verstandig is het om te stoppen met groene doempreken over de noodzaak van degrowth en ‘consuminderen’. Te stoppen met onzinnige rampscenario’s dat er door klimaatverandering of het verlies aan biodiversiteit geen toekomst meer is. Stop met hameren op wat allemaal niet meer mag en kan, van vliegen en barbecueën tot het uitspreken van het n-woord. We weten inmiddels wel wat daar problematisch aan is.
Schets daarentegen het veel plausibeler evangelie van komende overvloed. Neem ons mee in vergezichten die onze levens verrijken. We willen meer, niet minder. Meer welvaart, meer huizen, meer zorg, beter onderwijs, meer sociale cohesie, en uiteraard, meer rust in de tent.
Als laatste: haal de verantwoordelijkheid voor onderwerpen als het klimaat, gezondheid of de kwaliteit van het onderwijs van onze individuele schouders. De aanpak van grote, complexe thema’s moet weer terug op het bord van de overheid. De links-liberale, progressieve en kosmopolitische agenda’s hoeven niet op de schop. Integendeel. Wel wordt het tijd ze te presenteren met een retoriek van eenheid en verbondenheid, met een optimistisch perspectief op de toekomst en met een veel grotere rol voor de overheid. De autoritaire persoonlijkheid is nu eenmaal een feit. Wanneer we onze democratie willen beschermen, moet zij worden gerustgesteld en teruggewonnen.